Ga naar de hoofdinhoud

Leestijd: 3 min

Beeldkwaliteit meten

Wat is de kwaliteit van de Rotterdamse buitenruimte? De gemeente is verantwoordelijk voor een veilige en toegankelijke openbare buitenruimte. Daarom besteden we tijd en geld aan het beheren en onderhouden van de objecten in de buitenruimte.

Deze objecten noemen we ook wel 'assets'. Het gaat dan om onder andere bankjes, afvalbakken en kunstwerken. Maar ook om bomen, groenstroken en bestrating.

Wat is beeldkwaliteit?

Met het bestuur maken we afspraken over de eisen waaraan het beheer en onderhoud van de openbare ruimte moet voldoen. Vervolgens monitoren we of we die afspraken nakomen.  Om dit te bepalen controleren we regelmatig of de objecten nog voldoen aan de technische normen en of ze nog veilig te gebruiken zijn. Maar we kijken ook naar hoe ze eruitzien. Dit noemen we beeldkwaliteit.

Meten

Om de beeldkwaliteit vast te stellen gebruiken we de landelijke methode van CROW. Link opent een externe pagina (CROW is een kennisorganisatie op het gebied van infrastructuur, openbare ruimte en verkeer en vervoer). Met het meten van de beeldkwaliteit stellen we vast hoe een bepaald object er op een bepaald moment uitziet. Het werkt als een thermometer en geeft dus de toestand aan van het moment waarop je meet. Maar het zegt niets over technische kwaliteit of de beleving van de gebruiker van de openbare ruimte.

Deze methode geeft op een objectieve en eenduidige manier aan hoe de openbare ruimte er uitziet: mooi of niet mooi, verzorgd of niet verzorgd.
-

De resultaten van deze metingen zijn de 'scores op schoon en heel'. Twee keer per jaar publiceert Rotterdam de meetresultaten op de meetresultatenkaart. De kaart geeft per CBS-buurt inzicht in de kwaliteit van de openbare ruimte.

Bekijk de laatste meetresultatenkaart. Link opent een externe pagina

Hoe meten we de beeldkwaliteit?

De stad is opgedeeld in rasters van 100x100 meter. Dit zijn de meetlocaties. Het uitvoeren van de metingen is door de gemeente belegd bij een onafhankelijk gespecialiseerd bedrijf. De medewerker voert binnen een meetlocatie verschillende metingen uit. Dit doet hij met behulp van beeldmeetlatten. We maken onderscheid in 2 categorieën: schoon (bijvoorbeeld afval, onkruid, uitwerpselen en graffiti) en heel (onderverdeeld in openbaar groen en wegen).

Beeldmeetlat

Een beeldmeetlat beschrijft een kwaliteitscriterium met foto’s, beschrijvingen en prestatie-eisen. Bij elke beeldmeetlat wordt de score uitgedrukt in een kwaliteitsniveau. Deze kwaliteitsniveaus lopen van A+ tot en met D:

  • A+ = zeer goed
  • A = goed
  • B = voldoende
  • C = matig tot onvoldoende
  • D = onvoldoende tot achterstallig

Er bestaan veel beeldmeetlatten voor specifieke onderdelen van de openbare ruimte.

Frequentie

De metingen worden steekproefsgewijs gehouden en gedurende het hele jaar uitgevoerd op verschillende tijdstippen, dagen en in verschillende seizoenen. Maar de stad is groot. Er zijn bijna 15.000 rasterlocaties, verdeeld over 18 gebieden en 84 buurten. Jaarlijks kunnen we hiervan 30 procent meten. We meten niet volgens een vast schema, een computer bepaalt de locaties willekeurig. Daarom komen we niet overal even vaak. Het kan voorkomen dat de meetresultaten van uw wijk dus wat ouder zijn.